Home Artikels Over liefhebber Bahamontes Abonneer Kalender Fietstochten Contact

Peter Stetina, van de World Tour naar het grind: “De belangrijkste regel in de gravelscène: er zijn geen regels!”

Reportages

Elf jaar in de World Tour. Op de top van zijn kunnen. En toch afscheid nemen. Niet omdat hij niet meer meekon, wel omdat hij meer wilde dan alleen maar trainen, eten, koersen, slapen. En dus werd Peter Stetina een van de eerste gravelprofs ter wereld. In Amerika, waar gravelen momenteel bigger than big is. “Mijn Canyon Grail en wat offroad, meer heb ik niet nodig om gelukkig te zijn.”

Tekst: Jonas Heyerick Foto’s: Canyon

Belgische wafel!

Het is een koude ochtend, ergens in mei 2019, in een klein dorp in Amerika. Peter Stetina, op dat moment prof bij Trek-Segafredo, krijgt een telefoontje van de ploegleiding. Of hij zo snel mogelijk op een vliegtuig richting Zwitserland wil springen? Om alsnog aan de start van de Ronde van Romandië te staan, en in laatste instantie een zieke ploegmaat te vervangen. Stetina wrijft de slaap uit zijn ogen, krabt in zijn haar en zegt doodleuk… ‘Neen!’ De reden? Hij heeft dat weekend een belangrijke wedstrijd op de agenda staan, al vindt zijn toenmalige ploeg van niet: ‘Hoe kan een gravelrace nu in godsnaam belangrijker zijn dan een World Tour-koers?’ Maar Stetina houdt voet bij stuk. Hij rijdt (én wint) de Belgian Waffle Ride. Het blijkt een cruciale beslissing te zijn die zijn leven danig zal veranderen.

Dat was 2019. Nu is het 2021. Als we skypen met Peter is hij net terug in Californië. Eén dagje thuis nadat hij in Oregon de Gorge Gravel Grinder Race, een gravelrace, heeft gereden (“Check Instagram, de foto’s van rond die vulkaan zijn fantastisch”), terwijl hij morgen alweer vertrekt naar Moab om er op de Kokopelli Trail te proberen een nieuwe recordtijd neer te zetten. Huidige recordtijd: 10 uur 56 minuten 11 seconden. Om maar te zeggen: Peter Stetina is een drukbezet man. En dat dus allemaal door dat ene telefoontje in 2019 waarin hij weigerde te starten in de Ronde van Romandië.

“Ik was net terug uit Europa, en had nog last van een jetlag. Plus: ik wilde per se de Belgian Waffle Ride rijden.” De Belgian Waffle watte? Stetina lacht. “Laat me het uitleggen. In al die jaren dat ik prof was, bleef ik – wanneer het maar kon – thuis avontuurlijke ritjes rijden, vaak offroad, op grint, in de modder, door het stof. Samen met vrienden, puur voor het plezier. In 2018 hoorde ik over The Belgian Waffle Ride in San Diego, een van de grootste gravelraces ter wereld. Daar wilde ik per se eens aan deelnemen en toen ik eind 2018 mijn contract bij Trek-Segafredo moest verlengen, besloot ik een speciale clausule te laten opnemen: dat ik in 2019 in drie grote gravelraces mocht starten. De marketingafdeling van Trek USA vond dat een goed idee – zij hadden al langer door hoe groot gravelen in de States aan het worden was en welke publicitaire mogelijkheden daar lagen. Maar het team zelf begreep er niks van. Dat ik de Ronde van Romandië niet wilde rijden om aan die Belgian Waffle Ride deel te nemen: dat vonden ze uiterst onprofessioneel. Daardoor ontstond er een soort vertrouwensbreuk tussen de ploeg en mij, die we niet meer gelijmd kregen.”

Stetina reed die Belgian Waffle Ride, en plots werd alles anders. “Ik won die wedstrijd, maar was vooral overweldigd door het hele evenement. De sfeer, de media-aandacht, de goede organisatie… Ook de weerklank die mijn overwinning had, was enorm. Niet veel later reed ik de Ronde van Californië en toen ik op de slotklim rustig naar boven reed nadat ik geknecht had voor Richie Porte, hoorde ik overal: ‘Zie daar! The Belgian Waffle-winner!’ Toen besefte ik: ‘Holy cow, gravel is huge in the States!’ En ik had zoveel plezier gehad dat ik dacht: zou ik dat niet wat meer kunnen gaan doen, en die gravelraces combineren met koersen in de World Tour? Alleen: het wegwielrennen is zo traditioneel, zo conservatief… Alleen Education First en Alpecin–Fenix staan, die laatste dankzij Mathieu van der Poel en Canyon, open voor dit soort multi-discipline-cultuur. De rest zag me vooral als een bierdrinkende gravelrenner die af en toe ook nog eens op de weg reed. Fout dus, maar het zette me wel aan het denken. Kon ik niet voltijds gravelrenner worden? Ik hoorde wat rond en algauw vond ik genoeg sponsors, Canyon op kop, om me aan dit project te wagen.”

“En nu ben ik dus een soort pionier… Ik ben een privateer, een prof met eigen sponsors. Dat houdt in dat ik alles zelf moet doen: hotels en vluchten boeken, reizen regelen, agenda plannen, sponsors contacteren, onderhandelingen voeren, perscontacten onderhouden, interviews regelen… Veel werk, maar allemaal heel plezant. Ik heb nu mijn eigen business, en dat geeft een goed gevoel. Al houdt dat ook in dat trainen amper nog 50% van mijn werk is, en dat ik soms een duurtraining van vijf uur moet inkorten omdat ik nog drie meetings heb.”

Grail 3

The finishing beer

Ook al wordt gravelen in Europa steeds populairder, in Amerika staat de sport al veel verder. “Er is een fundamenteel verschil tussen koers in Amerika en koers in Europa. In Europa is koersen een doe- én een kijksport. In Amerika bestaat dat niet, supporters die rijen dik langs de kant van de weg staan om renners aan te moedigen. In de States is koersen alleen een doe-sport. Mensen denken niet: ik ga kijken. Neen, ze denken: ik ga deelnemen. En dat kan! In Amerika kan iedereen aan die grote gravelwedstrijden deelnemen. De profs starten vooraan, maar de amateurs en wielertoeristen rijden net hetzelfde parcours, net dezelfde afstand. Iedereen voelt: dit doen we samen. En ook al is de ene twee uur trager dan de andere, ze hebben wel dezelfde ervaringen gedeeld. Combineer dat met het feest dat daarna losbarst, overgoten met liters bier, en je weet: dat zijn evenementen die je nooit meer vergeet.”

Stetina was ook een beetje uitgekeken op zijn profbestaan op de weg. “Het leven van een World Tour-renner is saai. Trainen, eten, rusten, koersen. Het is het leven van een monnik, en je leeft als een egoïst. Want je mist momenten met je familie, met je vrienden. Je denkt alleen maar aan jezelf. Fietsen is je leven. Bij gravelen ligt dat anders. Daar is fietsen een onderdeel van je leven. Gravelen is ook meer dan zomaar fietsen, het is een lifestyle.”

En een bepaalde lifestyle vereist aanpassingen. “Ik was het reizen van hotel naar hotel zo beu dat ik een van (zo’n typisch Amerikaanse ‘mobilhome’ voor mensen én goederen; red.) heb ingericht als een soort rijdend appartement. Met een keukentje, een douche, toilet, kasten, een queensize-matras… Met die van rijd ik naar elke wedstrijd. Soms is dat een trip van twee dagen, maar dan slaap ik gewoon langs de kant van de weg, als ik moe word. Simpel, maar heerlijk.” Hoort evenzeer bij de lifestyle in de Amerikaanse gravelscène: houden van een biertje. “Een van de allerbelangrijkste gravelregels is: je kan niet neen zeggen tegen the finishline beer, de pint die ze je aanbieden meteen na de meet. Die moét je drinken! Dat biertje, daar koers je voor! In de World Tour kijkt men je aan als je een pint drinkt. Ik heb dat nooit gesnapt. Bier ontspant je, het hydrateert. Eén biertje na een koers kan dus echt geen kwaad. Ik ben altijd een bierliefhebber geweest, en tijdens mijn studentenjaren heb ik zelf bier gebrouwen. Het was zoals cake bakken, maar dan leuker en lekkerder. (schatert) Een paar jaar geleden heb ik een partnership afgesloten met een brouwerij waarmee ik mijn eigen bier heb gebrouwen, volgens mijn goesting en post-race-wensen. Dat sloeg aan, en het verkocht goed. Het logo? Mijn moustache, maar dan met een hoek af.”

11507

Regel nummer één…

Grail 1

Die snor, het is een van de visuele aspecten die Stetina redelijk, euh, herkenbaar maken. “Ja, dat heb ik wel vaker te horen gekregen, niet in het minst van mijn ploegleiders in de World Tour. Daar viel ik op met mijn uiterlijk, maar nu, in de gravelscène, ben ik een van de velen. Alles kan, alles mag. Je hebt de gladgeschoren jongens, maar net zo goed de mannen met de meest imposante baarden of de meest origineel gevormde snorren. Nog een gravelregel: laat je geen etiket opplakken, laat je niet in een bepaald hokje duwen. Jij bent jij, ik ben ik. En jij doet wat jij wil doen, en ik doe wat ik wil doen. En daar respecteren we elkaar in.” Stetina raakt nu helemaal op dreef: “Gravel rule number one: there are no rules! Wij zijn een soort piraten. Daarom dat wij niet willen dat de UCI zich komt moeien, met al hun regeltjes en boetes en voorschriften. Elke gravelorganisator doet wat hij wil en wat hij nodig acht om het zo aangenaam mogelijk te maken voor zichzelf en de deelnemers. En dat is goed zo…”

“Maar gravelen is momenteel zo populair en er komt zoveel geld binnen, dat de UCI zich wel zal komen bemoeien… Maar de dag dat ze doen zoals in het wegwielrennen – de supertuck verbieden, de hoogte van de kousen reguleren – haken de echte gravelfans af, geloof me. Anderzijds: Ik ben in tweestrijd, want als er binnenkort een wereldkampioenschap gravel wordt georganiseerd met een regenboogtrui op het spel, wil een deel van mij dat veroveren zoals alle anderen. Al zullen echte gravelaars toch liever de Unbound winnen, het officieuze gravelwereldkampioenschap.”

Tot slot vraag ik Peter naar zijn ultieme graveltip. Hij moet niet lang nadenken. “Net voor de start van mijn eerste Belgian Waffle Ride zei een van de andere deelnemers: ‘Sometimes you need to go slow, to go fast.’ Soms moet je traag rijden om snel te willen zijn. Dat klopt helemaal: soms wil je een technische passage of een ruwe strook te snel afleggen, waardoor je lek rijdt. Die lekke band vervangen kost je veel meer tijd dan als je die passage trager en rustiger was doorgefietst, maar dan zonder lekke band. Het beste advies ooit, geloof me!” Eindigen doet Stetina met een filosofische beschouwing: “Wat ik ondertussen geleerd heb bij het gravelen: soms strijd ik vooraan mee voor de overwinning, andere keren eindig ik twee uur na de winnaar. Maar het allerbelangrijkste is het plezier dat ik hoe dan ook heb. Want: you have glories, but you also have stories. En de ene dag zijn de verhalen belangrijker en mooier dan de zeges, de andere dag is dat weer omgekeerd. Het komt er op aan het juiste evenwicht te vinden… Want geloof me, mijn Canyon Grail en wat offroad, meer heb ik niet nodig om gelukkig te zijn.”

De Canyon-fietsen van Peter Stetina

“Gravel is de ultieme ondergrond om fietsen te testen. Het stof, het vuil, de modder, de putten, de schokken… Gravel zorgt ervoor dat materiaal duurzamer wordt, dat het veel meer kan verdragen. Nu, je hebt gravel én gravel. Sommige gravelraces zijn op zo’n snelle parcours dat ik soms opteer voor mijn Canyon Ultimate, mijn gewone wegfiets met gravelbandjes van 32’, of voor de Canyon Endurace met slicks van 30’. Andere races zijn dan weer zo technisch dat je absoluut een gravelfiets nodig hebt. Vooraf de juiste fiets, de juiste versnellingen, de juiste bandjes en de juiste bandenspanning kiezen is telkens weer een uitdaging. Het zijn tactische keuzes waarbij je telkens alle voor- en nadelen van je keuzes moet afwegen.”

Canyon Grail

R855693

“De Grail is vooral voor snellere, vlakkere races, op de net iets minder veeleisende parcours waarvoor je geen al te brede banden nodig hebt. Het is een ietwat langere fiets waardoor je heel stabiel blijft en veel controle blijft houden. Het dubbele stuur ziet er heel vreemd uit, en in het begin dacht ik: what the hell is this? Maar toen testte ik het uit, en ik was meteen verkocht. Het geeft wat mee, en het absorbeert dus perfect de schokken. Het is ook een lichtere en, in mijn ogen, betere oplossing dan een geveerde voorvork of achtervork, die je bij sommige gravelaars al ziet. Maar zo’n veringen zijn volgens mij niet ideaal om te racen. Het dubbele stuur geeft je ook de kans af en toe van positie te veranderen, en je hebt heel wat mogelijkheden om je handen ideaal te plaatsen voor diverse situaties. Ik hou er bijvoorbeeld van mijn polsen op het bovenste stuur te laten rusten en dan met mijn handen het onderste stuur vast te nemen. Stabiel, comfortabel én behoorlijk aero, en dat allemaal tegelijkertijd! En als je onderaan in de beugels gaat, kan je je duimen om die onderste stuurbuis klemmen, wat voor ultieme controle en stuurvastheid zorgt. Zó cool! Ook de speciale zadelpen zorgt voor de nodige flex, zonder kracht te verliezen, wat in mijn ogen perfect is. Iedereen die Parijs-Roubaix rijdt, zou die zadelpen moeten gebruiken! De Grail heeft wel geen mounts waar je bagage of zakken aan kan monteren, en dus is hij ook minder geschikt voor lange uithoudingsraces.”

Canyon Grizl

Bags4

“De Grizl is de meer avontuurlijke gravelfiets van Canyon. Hij heeft meer clearance, zodat er bredere banden kunnen gebruikt worden. Tot zelfs 45”, mountainbikebanden dus. Sinds vorig jaar ben ik de Grizl aan het testen – eerst het prototype, nu the real thing – en tot mijn grote verbazing is hij ook snel, en kan je er zeker ook mee racen. Doordat er een normaal stuur gemonteerd is, leent hij zich dus meer voor avontuur, voor zeer lange uithoudingsraces en voor bikepacking, meerdaagse avonturen dus. Je kan zakken en tassen monteren, niet alleen aan het stuur, maar ook aan het frame, waar speciale aanhaakpunten voorzien zijn. Iets wat op de Grail bijvoorbeeld niet aanwezig is. Nog niet zo lang geleden ben ik gaan bikepacken met Ian Boswell, ex-prof bij Team Sky, en Kirk Scotland, nu al een gravellegende. Het was nog koud, dus het was wel een vorm van credit-card-bikepacking. Wat dat is? Dat we onze creditcard meehadden om op hotel te logeren, in plaats van in een tent. (lacht) Maar we hadden wel al onze bagage en kledij mee! Wat het uniek maakte, was dat drie tegenstanders, drie concurrenten dit avontuur samen aangingen. In de World Tour trekt iedereen zich terug met zijn ploeg op een berg om de concurrentie zo onwetend mogelijk te houden. Wij deden het tegenovergestelde. We gingen samen op pad, stonden toe dat we elkaars zwaktes leerden kennen, en hadden elkaar nodig op sommige momenten. First, we needed each other, so, later, we can beat each other. Kortom: voor langere, zwaardere races als Unbound zal ik voor de Grizl kiezen, omdat ik dan bijvoorbeeld tasjes op de bovenbuis nodig heb om extra voedsel mee te kunnen nemen.”

Volg ons