Verbeterd en vernieuwd
Aan de Garmin Edge 1030 hoeven we niet al te veel negatieve woorden vuil te maken. Integendeel. De Edge 1030 is een prima fiets-gps die al het goeie van zijn voorganger (de Edge 1000 waarmee ondergetekende al vier jaar rondrijdt) combineert met een paar nuttige en nodige verbeteringen/vernieuwingen. Zoals daar zijn: een groter (3,5 inch) én een beter scherm, een veel snellere route-aanpassing/herberekening tijdens het rijden van uitgestippelde routes, een scherm ook dat veel beter reageert dan zijn voorganger bij regen en hondenweer (dat ondervonden we helaas aan den lijve bij een paar fikse regenbuien waar onze Lieve Heer ons tijdens de kerstvakantieritten op trakteerde). Maar misschien wel het allergrootste voordeel van de Garmin Edge 1030 is de sterk verbeterde batterij. Maar liefst 20 uur gaat die mee – 12 uur als je navigatie, bluetooth en andere extra’s laat aanstaan, en dat zorgt er dus voor dat zelfs ritten van 10 uur of 300 kilometer geen enkel probleem meer vormen (inclusief tussenstops op café). Netjes! Je kan je Edge 1030 trouwens niet alleen gebruiken als fietscomputer/fiets-gps, maar het is ook een soort privécoach die je trainingen en fitheid analyseert en je herstel en recuperatietijd aanraadt. Handig, ten minste voor zij die naar nood aan hebben (wij vallen daar niet onder omdat wij vooral luisteren naar ons (bier)buikgevoel). Nog andere mogelijkheden (maar niet allemaal even grondig getest door ondergetekende): het sturen van boodschappen naar andere Edge 1030-gebruikers, het beantwoorden van sms’jes met voorgeprogrammeerde boodschappen (zoals: ‘Bijna thuis!’, ‘Op de fiets, ik bel je later terug’, of het bij ondergetekende populaire, maar helaas fictieve: ‘Nog even iets gaan drinken op café!’) en de signalisatie van Strava-segmenten in de buurt (ideaal voor KOM-jagers).
Veiligheid voor alles
Wat de Edge 1030 nog zoveel beter en interessanter maakt, is de mogelijkheid om hem te koppelen aan de Varia UT800 en de Rearview Radar Varia RTL510. In mensentaal: een voorlicht én een achterlicht. Niet zomaar twee lichten, maar twee ‘slimme’ lichten. Niet dat ze Frans spreken of alle pausen sinds het ontstaan van de Katholieke kerk kunnen opsommen, maar toch. Laten we eerst het voorlicht even onder de loep nemen: dat gaat harder schijnen hoe sneller je rijdt en past zich ook aan aan de omgeving (dus: meer licht op donkere, kleine weggetjes dan op grote, verlichte tweevaksbanen). En hard schijnen doet die ‘koplamp’ wel: 800 lumen op zijn strafst, genoeg om tegenliggers bijna te verblinden. Dit is dus niet alleen een licht om gezien te worden maar ook om zelf mee te zien. Nadeel: de beperkte duur van de batterij. Op volle sterkte gaat ze niet veel langer mee dan een uur en een kwart. (Op flikkerlicht-stand – en dus vooral om gezien te worden – kan je er wel een paar uur de baan mee op.) Over naar het achterlicht dan. Dat gaat niet alleen harder branden als er achteropkomend verkeer nadert, de naderende voertuigen (tot zelfs scooters en andere fietsers toe) krijg je ook als naderende stippen te zien op je Garmin Edge 1030-scherm (dat aan de zijkanten rood kleurt bij gevaar, en groen als er geen verkeer nadert). Héél handig én een enorme boost voor de veiligheid van fietsers in het soms moordende verkeer. Dat beide lichtjes makkelijk te monteren zijn en zich makkelijk laten koppelen met je Garmin, maakt het alleen maar beter. En als u ons nu wilt excuseren, we moeten gaan fietsen!
