Belgian Groads
Le Coffee Ride, een geweldige koffiebar slash hotel gelegen aan de voet van de verraderlijke Thier de Coo, is de ideale uitvalsbasis voor Ardennenritjes allerhande. Of het nu met de wegfiets, de mountainbike of de gravelfiets is. Op de website van Le Coffee Ride staan verschillende ritjes – diverse afstanden, volgens verschillende lastigheids- en expertiseniveaus. Wij kiezen vandaag voor de Belgian Groads-route, een gravelrit van 76 kilometer die je via 1900 hoogtemeters doet flirten met de Hoge Venen en je ook langs de hoogst gelegen brouwerij in België brengt, Brasserie Peak. Ja, wij vinden dat een leuk extraatje. De sneeuw en de ijsplekken die we op sommige plaatsen nog tegenkomen, zijn dat veel minder. De brouwerij blijkt vandaag bovendien en jammer genoeg gesloten te zijn, maar ons gezelschap maakt dat gelukkig helemaal goed.
Isabelle Beckers (38) maakt al sinds 2013 deel uit van het vrouwenpeloton, en dit jaar rijdt ze voor het kleine Rupel Cleaning. Dat ze dit seizoen überhaupt nog koerst, had ze een half jaar geleden niet meer durven te denken. Toen corona in 2020 haar hele seizoen in de soep deed draaien, was Isabelle namelijk even uitgekeken op haar sport. Maar toen ontdekte ze het gravelen, en alles werd anders. “Dat gravelen was zo plezierig… En zo anders dan dat gewone trainen op de weg. Als je een duurtraining van vijf uur op de weg moet afwerken, is dat vaak saai en vervelend. Maar als je gravelt, vliegt de tijd. Echt waar: als ik de gravelfiets niet had ontdekt, was ik nu wellicht geen renster meer…”
Laat begonnen, half…
Isabelle is naast renster ook medisch verantwoordelijke – “Je denkt toch niet dat ik iets verdien met dat koersen? Dat fietsen doe ik enkel voor mezelf, en voor het plezier” – en ze is ook ambassadrice van een paar fietsgerelateerde merken. Van Sportful, bijvoorbeeld, het zeer hoog aangeschreven Italiaanse merk van fietskledij, dat de laatste jaren ook steeds meer furore maakt met een specifieke gravelcollectie. En die mag Isabelle showen. Straks, dus. Na het gravelen, en nadat ze ons haar hele verhaal heeft verteld. Een verhaal waarin de fiets oorspronkelijk geen enkele rol van betekenis speelde. “Ik heb de fiets pas erg laat ontdekt. Als kind deed ik aan atletiek, op redelijk niveau. De 400 meter was mijn beste afstand, later probeerde ik het vooral op de langere afstanden. Maar op mijn 24ste begon ik steeds meer met blessures te sukkelen. Het ene kwaaltje na het andere pijntje. Ik verloor de moed en de motivatie om telkens terug te vechten, en zei de atletiek vaarwel. Ik was 27 toen ik op tv een reclamespotje van Isostar zag waarin ze mensen zochten om zich in amper drie maanden tijd klaar te stomen voor een halve Ironman. Ik besloot mijn kans te wagen. Ik werd geselecteerd, kocht me een koersfiets, mijn eerste ooit, en tot mijn eigen verbazing bracht ik die halve triatlon tot een goed eind. De volgende twee jaar heb ik me toegelegd op triatlon, zonder potten te breken. Wat wel duidelijk was: het fietsen was mijn sterkste onderdeel, en van mensen die er iets van kennen, kreeg ik te horen dat ik het misschien nog ver kon schoppen als renster, ondanks mijn leeftijd. Want goed, op dat moment was ik dus al 30…”
Isabelle vergat haar leeftijd en versaagde niet. En ze herinnerde zich nog goed de woorden van haar eerste atletiekcoach: ‘Train zo hard dat het pijn doet, want dan zullen de wedstrijden zelf een makkie zijn.’ En dus trainde ze hard. En lang. En ze bewees dat dromen niet altijd bedrog hoeven te zijn. Want plots was daar die aanbieding om profrenster te worden. Nu ja, profrenster? “In het vrouwenwielrennen word je al gauw prof genoemd als je aan de grote wedstrijden mag deelnemen of deel uitmaakt van een team. Maar meer dan een onkostenvergoeding krijgen de meeste rensters niet. Zeker toen niet, in 2013. Maar ik was al lang blij dat ik mocht koersen, al was het maar voor Bigla, een klein, Zwitsers team. Zij zagen potentieel in mij.”
En dus ging Isabelle zich in een bruin café, ergens diep in de Vlaanders, inschrijven voor haar allereerste koers. “Het was zo’n typisch Vlaamse kermiskoers, onder de kerktoren. Ik weet nog dat er meteen heel wat meisjes op me afstapten. ‘Wie ben je? Ga je nu nog beginnen koersen? Op je 30ste? Amai, moedig! Je weet niet waar je aan begint…’ Dat soort opmerkingen – ze zeiden nog net niet: ‘Jij bent gek!’ Maar er waren er ook die zegden: ‘Als je deze kermiskoers kan uitrijden, dan kan je wat.’” Dat eerste uurtje kermiskoersen kostte Isabelle bloed, zweet, tranen en… veel bibbergeld. “Ik was het niet gewoon om in een peloton te rijden, was niet stuurvaardig, en had technisch een enorme achterstand. Gelukkig kon ik hard fietsen, dat heeft me die dag gered. Ik reed die kermiskoers uit.”
Isabelle putte daar moed uit, en omdat ze voor een Zwitsers team reed, ging ze dat jaar vaak in Zwitserland rijden. “Ik werkte nog, dus ik stak vrijdagnamiddag mijn fiets in de koffer en reed met de auto naar Zwitserland waar ik dan ’s zaterdags of zondags koerste. Ja, als je nog een bewijs van mijn motivatie nodig had… De parcoursen waren uiteraard lastig – het was er geen meter vlak – maar het niveau lag er gelukkig niet zo hoog als bij ons. Ik trok er mijn plan.”
Tokyo 2020
Het leverde Isabelle zelfs een transfer op, naar de Lotto Ladies, op dat moment het beste Belgische vrouwenteam. “Ik kwam er terecht in een team met onder meer Jolien D’hoore, Lieselot Delcroix, Liesbet De Vocht, en Marion Rousse (momenteel de vriendin van Julian Alaphilippe; red.). Later kwamen daar ook Sofie De Vuyst en een toen nog zeer jonge Lotte Kopecky bij. Maar omdat ik zo laat begonnen ben met koersen, heb ik die achterstand nooit meer kunnen goedmaken. In afdalingen heb ik schrik, in massasprints durf ik me niet te mengen, en als het te nerveus is in het peloton, zit ik ook niet op mijn gemak. Een groot verschil in vergelijking met meisjes die al van hun tien jaar op een koersfiets zitten…”
Niet verwonderlijk dat Isabelles sterkste punt uiteindelijk het tijdrijden bleek te zijn. “Helemaal alleen op de weg, enkel ik tegen de klok. Dat lag me.” En of het haar lag: ze schopte het twee keer tot op het podium van het BK Tijdrijden voor vrouwen. Ze veroverde brons in Postel in 2016, en een jaar later mocht ze in Chimay zowaar met zilver staan pronken. “Ik ben enorm trots op die twee medailles. Die kunnen ze me nooit meer afpakken. En telkens als ik twijfel of het die vele inspanningen waard was om renster te worden, kijk ik naar die medailles en besef ik: ja, het was het waard!” Isabelle werd in 2018 zelfs geselecteerd om in een keurgroep te gaan trainen op de piste. Het doel: de ploegenachtervolging op de Olympische Spelen in Tokio.
“Ik was goed in het tijdrijden en had inhoud, daarom dacht men aan mij. Enige probleem: op de piste voelde ik me nooit 100 procent op m’n gemak. Ik reed constant rond met klamme handjes. Schrik dat er voor mij iemand zou vallen, en dat ik – op zo’n pistefiets zitten geen remmen en je kan dus niet zomaar weg – mee onderuit zou gaan. Dat in combinatie met het feit dat ik al niet meer van de jongste was, hebben ervoor gezorgd dat ik toch uit de selectie ben gevallen.” En zo komt Isabelle automatisch weer bij het gravelen uit. Want, wat blijkt: “Dankzij het gravelen ben ik echt stuurvaardiger geworden, en heb ik het gevoel dat ik meer controle heb over mijn fiets. Het heeft me zekerder gemaakt, meer zelfvertrouwen gegeven ook. Echt waar: had ik het gravelen maar een paar jaar vroeger ontdekt!”
En vergis je niet… Na drie uur in haar wiel te zitten, is onze conclusie unaniem: Isabelle gravelt geweldig. Secuur en snel op technische stukken, explosief bergop, geen schrik van een modderbad of een natte passage door een rivier en immer elegant, zowel op als naast de fiets. Zowat in alles onze tegenpool, dus.
Sportful Giara – Galakledij voor gravelfans
Verkies jij avontuurlijke gravel- en bospaden boven het rimpelloze asfalt? Hou je bovendien van een frisse, nieuwe stijl met subtiele details? Dan is de Dirty Road-collectie van Sportful wat je zoekt. Een collectie fietskleding gericht op avonturiers die op zoek zijn naar een ideale fietsoutfit waarin comfort, pasvorm en stijl moeiteloos bij elkaar komen. Mag het allemaal net iets sneller, harder en beter? Ontdek dan de Giara-lijn maar pas op, die is enkel voor echte gravelspecialisten!
Supergiara jersey
Sportful’s meest verfijnde graveljersey. De combinatie van kwaliteitsvolle materialen en nuttige features maken dit shirt compleet. Met zes achterzakken heb je voldoende opbergmogelijkheden om al je spullen mee te nemen. Door het gebruik van rekbare stoffen blijft de Supergiara een strakke en aerodynamische pasvorm behouden. Hierdoor zal je aan het einde van een gravelwedstrijd als eerste een biertje kunnen drinken.
Escape Supergiara jersey
De Escape Supergiara is gebaseerd op het meest bekende gravel-fietsshirt van Sportful, de Supergiara. Dit seizoen hebben beide shirts enkele updates en verbeteringen meegekregen. Zo is deze nieuwe versie voorzien van een opvallend design dat gravel nu al tot een levensstijl verheven heeft. Bovendien biedt de Escape Supergiara met zes achterzakken meer opbergmogelijkheden dan een klassiek wielertruitje. De reflecterende elementen op de schouders, in de zij en op de rug verhogen dan weer de zichtbaarheid én dus ook de veiligheid van de gravelaar!
Supergiara bibshort
Op de dagen dat je niets aan het toeval kan overlaten, kies je voor de Supergiara bibshort. Dankzij de geweven hoge compressie stretchstof heeft deze fietsbroek een ergonomische pasvorm die elke inspanning ondersteunt. Het DMS-zeem combineert meerdere dichtheden met een iets kleinere vorm die past bij elke lichaamshouding en -beweging op een gravelfiets en die zorgt voor een gegarandeerd comfort op de moeilijkste wegen. In de mesh-zakken op het been en op de achterkant berg je al je belangrijke spullen op, en door de reflecterende details ben je ook zichtbaar als je vroeg in de ochtend start of pas na zonsondergang finisht.
Dr. Jacket
Sportful ontwikkelde op basis van hun andere wind- en regenjacks een nieuw kledingstuk dat speciaal is ontworpen voor gravelritten waarbij regen je grootste vijand dreigt te worden. Het jack heeft afgedichte naden, mesh-zakken aan beide zijkanten, twee binnenzakken en één grote mesh-zak op de borst, waarin je het jack ook kan opbergen als de zon komt piepen. Opgevouwen neemt het Dr. Jacket erg weinig ruimte in beslag.
Giara Softshell Jacket
Vergis je niet: onder de verfijnde stijl van dit jasje schuilt een technisch SoftShell-jack, met een uitstekend ademend vermogen, dankzij de windbestendige, geborstelde SoftShell-voorkant en -mouwen en de elastische ThermoDrytex-achterkant. De drie grote achterzakken, waaronder één achterzak met rits, zijn perfect om reservemateriaal én bevoorrading in op te bergen. Ideaal voor al je offroad-fietsavonturen op iets koudere dagen.