Wij gebruiken cookies
Kleine Prijs Iljo Keisse 26
leesvoer

Iljo Keisse

Het Grote Afscheidsinterview

Van 15 tot en met 20 november maakt ’t Kuipke zich op voor the Last Dance van hun keizer, want na de Zesdaagse van Gent hangt Iljo Keisse zijn fiets aan de haak. Al is er van ‘pensioen’ geen sprake: Keisse wordt ploegleider bij The Wolfpack, en hij is sinds deze zomer ook bezieler en koersdirecteur van de Kleine Prijs Iljo Keisse. Wij trokken naar de eerste editie voor een afscheidsbabbel.

Tekst: Jonas Heyerick

Foto's: Brent De Geeter

Destelbergen, 31 augustus. Iets voor twee. Iljo Keisse schudt ons de hand. Geen lycra broek, maar een korte short. Geen nauw aansluitend koerstruitje van Quickstep, maar een polo met Wolfpack op de borst. Geen koersschoenen, maar baskets. Iljo Keisse is niet gekleed in zijn traditionele werkplunje, en toch is hij aan het werk. Als een soort koersdirecteur de luxe, op de allereerste Kleine Prijs Iljo Keisse, een koers in Destelbergen waar de U13, U14 en U15 het tegen elkaar opnemen. “Ze wilden dit jaar eigenlijk een profkoers organiseren in Destelbergen, al jaren mijn woonplaats: de Grote Prijs Iljo Keisse. Ik zou er, voor het eerst én voor het laatst, aan de start staan. Maar zo’n profkoers bleek niet haalbaar. Te laat in gang geschoten en te duur, want profs komen niet langer gratis naar een kermiskoers. We hebben dan snel beslist een koers voor de allerjongsten te organiseren. Voor de U13, de U14 en de U15. De toekomst! De profs van morgen!”

Iljo is zelf 18 jaar prof geweest, en in al die jaren lagen triomf en tragiek soms heel dicht bij elkaar. Daar wil ik het vandaag met Iljo over hebben, tussen zijn werk als koersdirecteur door. En werken doet hij. Iljo zet nadars, Iljo geeft instructies, Iljo helpt het podium op te bouwen. Ondertussen zijn de kleinsten aan hun opwarming bezig. Sommige worden op het 1,7 kilometer lange parcours vergezeld door hun vader – ‘Hier moet je altijd vooraan zitten!’ ‘Neen, je moet die bocht anders aansnijden!’ -, anderen verkennen het rondje met vriendjes. Sommige rijden met tweedehandsfietsjes die nog een of twee maten te groot zijn, anderen rijden met peperduur materiaal. Iljo wijst naar een jongen op een zwarte S-Works. “Een fiets van meer dan 12.000 euro! Ik heb dat ventje nog gezien. Toen wij met de ploeg in Livigno op hoogtestage waren, was hij daar ook, met het hele gezin.” Of Iljo als jong gastje ook op zo’n duur gerief rondreed, wil ik weten. Iljo lacht. “Mijn pa zei altijd: ‘Tuurlijk mag jij met dure tubes rijden. Tuurlijk mag jij die mooie Mavic-wielen hebben. Maar je betaalt ze wel zelf.’ En dus werkte ik in het café bij mijn pa, en met dat geld kocht ik fietsmateriaal. Zo wist ik meteen hoeveel alles waard was. Geloof me: dan ben je heel voorzichtig. Ik ging niet slepen in de bocht, want die tubes – zwart-oranje Vitoria’s – waren in mijn ogen puur goud. Ik was ook constant op zoek naar goede deals. Dan ging ik bij Walter Godefroot vragen of hij nog wielen had liggen die door zijn renners bij Telekom niet meer werden gebruikt. Net niet goed genoeg meer voor de profs, maar nog meer dan goed genoeg voor mij.”

Kleine Prijs Iljo Keisse 107

Post-Olympische depressies

Een jongetje, pen en papier in de hand, dribbelt al tien minuten heen en weer, vlakbij Iljo. Je ziet hem twijfelen. Je ziet hem naar Iljo (op)kijken, je ziet hem op Iljo afstappen, je ziet hem zich toch weer omdraaien. Tot mama ingrijpt. Ze neemt zoonlief bij de hand, tot bij zijn idool. ‘Vraag maar! Iljo bijt niet!’ Iljo lacht, zet zijn krabbel, vraagt of het jongetje koerst. Je ziet het ventje ontdooien. “Ik was zelf ook zo. Verlegen. Niet durven. Het heeft weken geduurd vooraleer ik in het peloton de grote jongens durfde aan te spreken.” Zijn eerste stappen bij de grote jongens zette Iljo op de piste. Op zijn 21ste

mocht hij al naar de Spelen, die van Athene. “In 2004, samen met Matthew Gilmore. Ik was piepjong. Nu ja, piepjong… Het huidige piepjong in de wielrennerij is 18. Toen was je piepjong op je 22ste.” Keisse was eigenlijk niet voorzien voor die Spelen. Hij stond pas vierde of vijfde in de pikorde, en was nog niet eens prof. Iljo knikt. “De bedoeling was dat Gilmore met Tom Steels zou gaan, toen een van de rapste mannen ter wereld. Maar Steels viel een paar keer, en haakte af. Daarna probeerde men Dimitri De Fauw, Wouter Vanmechelen en Steven De Neef. Maar om God-weet-welke-reden lukte het met geen van hen, en dus besloot men mij een kans te geven, een paar maand voor de Spelen. Matthew en ik reden twee wereldbekers en het WK Ploegkoers, eindigden drie keef vijfde, en, hup, we waren gekwalificeerd voor Athene. Doel was top acht. Maar we waren die dag erg slecht, en eindigden pas elfde. Het werd mijn eerste post-Olympische depressie. Wat ik me verder nog van die Spelen herinner? Dat het allemaal overweldigend was, en dat ik daar niet op voorbereid was. Het Olympisch dorp, het Olympisch restaurant, de openingsceremonie, al die andere disciplines… Ik wilde zoveel mogelijk zien, overal bij zijn, en daardoor was ik niet 100% gefocust. Dat was een wijze les voor de volgende Spelen, die van Peking, waar ik aan al die cirque

niet meer heb meegedaan. In Peking heb ik gedaan alsof ik op hoogtestage was op een berg waar niks te beleven viel. Op bed liggen, met de beentjes omhoog, leven als een pater. Dat was slimmer.” Het leverde, aan de zijde van Kenny De Ketele, echter net geen medaille op, wel een tweede post-Olympische depressie. “Ik werd ziek in Peking, en daardoor was ik slechts achtste in de puntenkoers. Maar de dag van de ploegkoers voelde ik me goed. Helaas was Kenny op dat moment nog superjong, en daardoor grepen we net naast een medaille. Vierde. Ik was toen zo ontgoocheld en gefrustreerd dat ik dat op Kenny heb afgereageerd.” Iljo zwijgt. Hij zucht. “Ik heb daar spijt van, want dat incident heeft voor een breuk gezorgd tussen Kenny en mij. Sindsdien is er frictie. Weet je: voordien reden we af en toe samen en dat ging altijd goed. Maar na die Spelen zijn we rivalen geworden, en achteraf gezien is dat jammer. We hadden een gedroomd Gents duo kunnen vormen. Zowel in ‘t Kuipke, als internationaal…”

Kleine Prijs Iljo Keisse 65

Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief