Wij gebruiken cookies
Site Bahamontes San Remo 0019 1 kopie
leesvoer

Op zoek naar de ziel van Sanremo

Van mondaine badplaats tot...

La Primavera. Start in Milaan. Aankomst in Sanremo. Vroeger was dat: van de grauwe industrie naar de mondaine badplaats. Maar de Bloemenrivièra is verwelkt, en Sanremo is veranderd. Eerst verdwenen de citrusplantages, dan de mondaine toeristen en ten slotte de bloemenkwekers. Wat kon Sanremo nog doen om de verdere neergang te stoppen? Je gelooft het niet. 114 jaar nadat Italië’s roemrijkste klassieker er voor het eerst arriveerde, speelt het kuststadje een ‘nieuwe’ troefkaart uit: de fiets. Op zoek naar de ziel van Sanremo.

Tekst: Lidewey van Noord Foto's: Sigfrid Eggers

In Sanremo is het niet alleen voorjaar in de lente, maar ook in de zomer, herfst en winter. In de jaren 20 van de vorige eeuw plaatste het stadsbestuur op de chique westelijke kustpromenade zelfs een standbeeld voor de lente, Primavera, een vrouw in een zwierige zomerjurk met een bloemenslinger die haar gezicht naar de zon heft. In dit stukje Italië heerst een aangenaam en mild microklimaat, uniek voor de Ligurische kust. Het is dan ook geen verrassing dat de baai van Sanremo een van de oudst bewoonde gebieden van Europa is. Lang voordat hier wielrenners kwamen, leefden er al neanderthalers.

Dat de voorjaarsklassieker Milaan-Sanremo de bijnaam La Primavera draagt, is natuurlijk niet toevallig. Het parcours zelf is een reis van de winter naar de lente. Op maartse dagen is het in Lombardije en Piëmont vaak kil, grijs en mistig en ligt de Turchino, met zijn 591 meter het hoogste punt van de koers, nog bedolven onder sneeuw. Maar eenmaal de Apennijnen over lonkt de Ligurische Zee in de verte. Zon, strand en palmen lokken de renners het voorjaar in. Milaan-Sanremo – niet alleen La Primavera, maar met haar 300 kilometer ook la prima vera, de eerste échte koers van het jaar – staat al sinds de eerste editie in 1907 symbool voor een nieuw begin. Zoals in het voorjaar planten, bomen en dieren wakker worden uit hun winterslaap, zo ontwaakt in maart het wielerseizoen. Dat gaat bij zowel renners als fans gepaard met frisse hoop en haast onbedwingbare opwinding. Wie langs het parcours staat en goed luistert, herkent in het gezoef van de banden het Italiaanse woord risveglio: ontwaken, opleving.

Op een kruispunt in de buurt van het Forte Santa Tecla, in de 18de eeuw gebouwd door de Genuezen en later gebruikt als gevangenis, staat een man die geen haast lijkt te hebben. Hij heeft lichtgrijs haar en zijn kobaltblauwe bril staat zo scheef dat het bijna de bedoeling lijkt. “Geen foto maken hoor, ik heb mijn haar niet gekamd!” zegt hij vrolijk, knikkend naar de camera om mijn nek. Hij heet Giuseppe. “Iedereen hier leeft van het beroemde liedjesfestival en van Milaan-Sanremo”, vertelt hij. “Hotels, bars, restaurants, het casino, de gemeente. De koers zelf is er maar één dag natuurlijk, maar de voorbereidingen leveren werk op en het opruimen daarna ook. En de ploegen zijn een paar dagen in de stad.” Er verschijnt een ironische grijns op zijn gezicht. “Milaan-Sanremo betekent veel geld voor iedereen, maar niet voor mij.”

Site Bahamontes San Remo 0251 1 kopie

Lege kassen

De eeuwige lente geeft Sanremo een opgeruimd en kwiek karakter en toch hangt er ook een licht treurige zweem van nostalgie over de stad. Sanremo kende perioden van ongekende rijkdom en bloei, maar daarop volgden altijd weer stagnatie en verval. Overal schemert het glorieuze verleden door het heden heen. De mooie palmenlanen en parken en de belle époquegebouwen herinneren aan de tijd dat Sanremo een mondaine kuststad was waar de internationale elite zijn vakanties doorbracht. Van halverwege de 19de eeuw tot aan de Tweede Wereldoorlog flaneerden de superrijken over de kustpromenades. Hun chique villa’s, kuurhuizen en luxehotels staan er nog, maar hebben in veel gevallen hun glans al lang verloren. In sommige panden zijn de duiven, die door de gebroken ruiten naar binnen vliegen, de enige bewoners.

De belle époquehotels zijn niet zelden versierd met bloemmotieven en zelfs de stoeptegels in het centrum hebben een bloemenpatroon. Dit deel van de Ligurische kust noemen ze de Bloemenrivièra. Maar sinds een jaar of tien staat ook die benaming symbool voor vergane glorie. Dat geldt evenzeer voor de fruitbomen die je hier overal ziet, zowel in de stad als op de landbouwgronden eromheen. Ze herinneren aan de eeuwen dat Sanremo dé exporteur van citrusvruchten was: citroenen, sinaasappels, mandarijnen. Die lange periode van voorspoed eindigde toen aan het eind van de 19de eeuw de infrastructuur in Sicilië en Spanje zodanig verbeterde dat de Ligurische fruittelers in Sanremo hun monopolie kwijt raakten en uiteindelijk werden weggeconcurreerd.

Telefooncel

Blijf op de hoogte via onze nieuwsbrief