Vriendschap, zeggen mensen die niets van wielrennen weten, is niet te koop. Die mensen kennen aan vriendschap een bovennatuurlijke status toe, als een onveranderlijke, onbeweegbare monoliet waar alle andere menselijke relaties zo goed en zo kwaad als het gaat omheen worden gedrapeerd. Maar in de koers is vriendschap vaak gewoon wisselgeld, een ruilmiddel voor wie de benen begint te voelen.
Nick Nuyens en Björn Leukemans waren trainingsmaten, boezemvrienden, naar het leek voor eeuwig. Maar ja: ze waren ook tegenstanders met precies dezelfde specialiteiten, in precies dezelfde wedstrijden en met precies hetzelfde niveau. Vaak bij de beteren, zelden de sterkste in koers. Misschien was dat het wel wat ze in elkaar hadden herkend: de noodzaak om slim te zijn om eerste te worden. Het was hoe dan ook dat wat ze uit elkaar dreef: toen Nuyens en Leukemans tijdens het BK in Leuven in 2010 allebei in de kopgroep belandden, kwamen ze al koersend tot een afspraak: dat en dat bedrag, en de winnaar betaalt. Niet veel later hoorde Leukemans Nuyens exact dezelfde afspraak maken met een ander. Uiteindelijk won noch Nuyens, noch Leukemans, maar Volderke. Na die dag spraken ze elkaar niet meer – tot ze in het programma De Kleedkamer tegenover elkaar zaten. Bijna tien jaar na dato deden ze nog altijd alles wat in hun macht lag om elkaar niet aan te hoeven kijken. Leukemans oogde gekweld, zijn blik was die van de bedrogen echtgenoot in een soap. Bij Nuyens bleef onduidelijk of zijn vage glimlach een gevolg was van schaamte, of van onbegrip over het feit dat Leukemans nog altijd niet begrepen had dat vriendschap misschien wel het leven was, maar dat de koers zich buiten dat leven bevindt.
Wie dat een stuk beter begreep, was de Nederlandse pistier Jan Derksen. In de tweede helft van de jaren 30 was hij een van de beste baansprinters ter wereld. De enige die hem op goeie dagen kon bijhouden, was zijn landgenoot en beste vriend Arie van Vliet. Van Vliet (15 keer Nederlands kampioen) en Derksen (14 keer) brachten een groot deel van hun carrière door in elkaars slipstream: onderweg, op de fiets en in hotels in heel Europa. Aan de vooravond van belangrijke duels opende Van Vliet regelmatig een doos met psychologische trucs die Derksen tot waanzin moesten drijven. Dat ging prima: Derksen deed in die nachten geen oog dicht en verloor kilo’s gewicht door de stress. Na de koers was alles direct weer vergeten. Derksen en Van Vliet bleven beste vrienden tot de dood hen op hoge leeftijd scheidde.